De slaapkamer van tante Wil.


Ze zwaait de deur open en zegt wat verontschuldigend: ”En hier slaap ik dan!” Inderdaad tussen allerlei stapels kleding en ondefinieerbare hopen staat, half uit het zicht door een kledingrek, in de hoek van de slaapkamer een bed. We schrikken er al niet meer van. In haar hele huis heerst hetzelfde beeld. Het is er beslist gezellig, maar er is van alles vooral veel.

Tante Wil is een intelligente, kunstzinnige vrouw met veel gevoel voor humor en maar weinig talent voor opruimen. Ze heeft de hoop opgegeven om alles ooit nog op orde te krijgen. Haar hulp wordt vriendelijk verzocht om de stapels heen te stoffen en zelf beperkt tante Wil zich tot het betere camouflagewerk. Zo legt ze vrolijk een kleedje over de stapels op haar buro, zodat het er toch gezellig uitziet.

De hoeveelheid spulletjes stoort haar dus nergens, behalve in de slaapkamer. Ze zou zo graag eens wakker worden in een rustige kamer met genoeg ruimte voor een dansje. “Ik weet niet eens waar ik moet beginnen”, roept ze uit, “En jij hebt er toch voor doorgeleerd?” Onze vingers jeuken en zo rijden we voor een weekend naar Drenthe.

Na de koffie ruimen we de kamer uit en maken we een plan. Er zijn twee identieke kledingkasten die, mishandeld door jaren volproppen, nogal geleden hebben. Wim zet fluitend de planken en de ontzette achterwanden zo stevig vast dat de kasten er weer fier bijstaan. Daarna delen we de kamer opnieuw in. De kasten komen tegen één wand te staan, zo ver mogelijk uit elkaar in de hoeken. Zo ontstaat er een tussenruimte die we overspannen met een plank met daar onder een stevige kledingroe en een gordijnrail met een prachtige lap lichte stof moet de rest doen. In plaats van een kamer vol kasten blijft nu een gave ruimte met een lichte kastenwand over. Het bed verplaatsen we. In een nisje ernaast komt een bedlampje met mooi zacht licht, de telefoon, wat leesvoer en de wekker. 

En dan, na de lunch, begin ik met het uitzoeken van de kleding. Tante Wil blijkt geen opbergsysteem te hebben. Bij het inruimen van de schone was gold blijkbaar alleen de wet van de minstvolle plank, en na verloop van tijd elk vrij plekje op tafel, stoel of de vloer.
Al sorterend vind ik 21 zwarte koltruitjes, kleding met de prijskaartjes er nog aan, medicijnen van tien jaar oud, drie compleet gevulde toilettassen (oh, die was ik al kwijt!), zelfgebreide washandjes van voor de oorlog, jaren-60 kleren (ware museumstukken) en met alle jassen vullen we beneden drie kapstokken want ze wil er niet eentje missen. Er zijn pyjama’s waarvan het elastiek krakend sterft en de verkleedkist van onze dochters krijgt een nieuwe impuls met indiajurken, mini-, midi-, en maxirokken, hoedjes en tassen.
De stapels worden alsmaar groter. Dit gaat zo niet en tante Wil en ik bezoeken de plaatselijke middenstand en komen terug met manden, koffers en hoedendozen. Dat helpt! De manden en dozen doen het leuk boven op de kastenwand en bieden ruimte aan allerlei losse spullen.

Daarna nemen we een besluit: Alleen de kleding die tante Wil, zéker weten, nog gaat dragen én die nu in de kasten past mag blijven, de rest gaat weg.
We vullen vuilniszakken met de kleding die afvalt, uitgesplitst voor diverse doeleinden en de uitverkoren-mag-blijven kleding sorteren we op draagbare combinaties die we ophangen en op overzichtelijke stapels op de planken leggen. De schoenen netjes op kleur op een rijtje eronder. Dit levert Tante Wil een compleet nieuwe kijk op haar kledingcollectie op, ze en raakt nogal opgewonden van verrassende combinatiemogelijkheden.

Op zondagmiddag staan we met zijn drieën uitgeput in een schone, lichte ruimte. Het bed is opgemaakt met naturelkleurig, vers beddengoed met een wollige plaid die decoratief teruggevouwen over het voeteneinde ligt. Een spotje schijnt op een antieke schrijftafel met sieraden en grappige hoedjes. Verder hangt er enkel de weldadige sfeer van rust en ruimte. 
Het ruikt er zelfs heerlijk door een geurlichtje met rozenolie.

Wij rijden moe, maar tevreden naar huis en tante Wil gaat in bad en slapen.
Nu, een paar maanden later, hebben we nog niet durven vragen hoe het er mee staat.



 

1 opmerking:

  1. Waar een Wil is, is een weg.... ws allemaal kleine paadjes door haar huis :)

    BeantwoordenVerwijderen